Groutankers
Groutankers zijn trekelementen die bestaan uit een hoogwaardig stalen staaf of streng. Deze zijn aan de uiteinden in de grond ingebed in een onder hoge druk geformeerd ankerlichaam (grout). Het anker ontleent zijn trekkracht aan de schuifspanning tussen de mantel van het ankerlichaam en de omringende grond.
Bij hoogteverschillen van meer dan 4 meter of indien vervormingen – hoe klein dan ook – ongewenst zijn, worden bij voorkeur groutankers toegepast. Door het toepassen van stalen gordingen kunnen ankers op een grote hart-op-hart afstand geplaatst worden.
TYPE GROUTANKERS
Voorbij FT beschikt over meerdere ankermachines en kan verschillende types groutankers maken.
Bij zelfborende ankers wordt een holle buis onder gelijktijdig persen van grout (een mengsel van cement en water) in de grond geboord. De dikwandige stalen buizen zijn voorzien van schroefdraad over de volledige lengte. De buizen worden verwerkt in standaard systeemlengtes welke middels koppelbussen verlengd worden tot de benodigde ankerlengte. De diameter van het boorgat dat ontstaat is afhankelijk van de gekozen boorkroon. Nadat de vooraf bepaalde diepte bereikt is, wordt de druk verhoogd tot maximaal 90 bar. Op die manier ontstaat het ankerlichaam met een met een lengte van minimaal 5 m1.
Gewi ankers worden verbuisd geboord, de meest klassieke methode voor het vervaardigen van ankers. De tijdelijke boorbuizen worden d.m.v. een combinatie van roteren en spoelen op diepte gebracht. Dit kan zowel met een enkele buitenom gespoelde boorbuis als met een dubbele inwendig gespoelde boorbuis. Na installatie van de tijdelijke boorbuizen wordt het trekelement ingevoerd en onder gelijktijdige injectie met grout uitgebouwd. Het trekelement, een massieve Gewi staaf, blijft achter in de bodem. Gewi staven zijn geribde massieve staven. Afhankelijk van de staalkwaliteit, levensduur, bodem omstandigheden e.d. kunnen de staven onbehandeld of voorzien van een (dubbele) corrosiebescherming worden toegepast.
Strengenankers worden eveneens verbuisd geboord. De tijdelijke boorbuizen worden d.m.v. een combinatie van roteren en spoelen op diepte gebracht. Dit kan met een enkele buitenom gespoelde boorbuis of met een dubbele inwendig gespoelde boorbuis. Na installatie wordt het trekelement (strengen) ingevoerd en de tijdelijke boorbuizen, onder gelijktijdige injectie met grout, uitgebouwd. Het trekelement, een bundel staaldraden van een hoogwaardige kwaliteit, blijft achter in de bodem. Het aantal strengen wordt afgestemd op de op te nemen belasting. Afhankelijk van de levensduur worden de strengen voorzien van een corrosiebescherming.